Berend van Lente wil graag naar de Topklasse

Foto Erik Eenkhoorn

“Het doet me pijn dat sommige echte Sportcluppers niet meer op het sportpark komen. Ik ga met een bos bloemen naar ze toe en hoop dat ze terugkomen”, zegt Berend van Lente woensdagavond in het Genemuiden Actueel Sportcafé in De Kaaihof. Sportieve wensen heeft de nieuwe voorzitter ook: “Ik wil graag naar de Topklasse. Dat betekent dat we punten moeten gaan pakken. Het speelkwartier is nu voorbij.”

Met presentator Gert Jan van den Berg keek Van Lente terug op zijn voor sommigen toch verrassende stap. Na lang zoeken had Sportclub ‘ineens’ een nieuwe voorzitter. “Tien jaar terug heb ik ook al in het bestuur gezeten, maar toen was ik te jong om voorzitter te worden. Willem van der Haar heeft het vervolgens heel goed gedaan. Vorig jaar op de Biestemerk kreeg ik de vraag om weer bestuurslid te worden. Daar moest ik even over nadenken omdat ik zakelijk, op een goede manier overigens, wel eens botste met Willem. Na een paar weken zei ik: ‘ik ga met je mee’. Toen zei Willem echter dat hij even wilde wachten.”

Dat was namelijk in de periode dat er van alles speelde bij Sportclub Genemuiden. Bestuur en trainer botsten en dat leidde tot het vertrek van zowel de voorzitter en later de technische man en trainer Van Dijkhuizen. Een nieuwe voorzitter werd niet gevonden. “Toen heb ik op de terugweg van de uitwedstrijd in Lisse tegen Sjaak Pleijsier gezegd dat ik het wilde doen. Wat er allemaal gebeurd is weet ik niet en wil ik ook niet weten. Wel heb ik meteen gezegd dat ik naar Jacob van Dalfsen zou gaan. Ik wil hem gewoon kunnen ontmoeten op het sportpark. En dat geldt voor meerdere mensen die hier niet meer komen, waaronder een grote sponsor. Dat doet me pijn. Ik hoop dat ik een verbindende rol kan spelen.”

Van Lente werd uiteindelijk vorige maand definitief als voorzitter aangewezen. De ledenvergadering schaarde zich achter hem. “Ik had in mijn hoofd dat minimaal 70 procent mij moest steunen en dat percentage lag hoger. Anders was ik weer gewoon in het bestuur gaan zitten. Dan was deze functie niet voor mij weggelegd. Nu voel ik zeker steun. Ik ben een man van de club en wil dat mensen hier plezier hebben. Of ze nou in de jeugd of in het eerste voetballen. Ik wil weten wat er speelt. Daarom hou ik eens in de twee weken op donderdagavond een vragenuurtje. Dan kan iedereen mij aanspreken in de kantine.”

Als voorzitter heeft Van Lente genoeg te doen, bleek woensdagavond. Hij heeft meer aan zijn hoofd dan de wisselvalligheid van het eerste team. “De verdere privatisering neemt veel tijd in beslag. Sportverenigingen zijn straks verantwoordelijk voor de eigen accommodatie. Daar zitten we bovenop. Verder willen we voor de bouwvak kunstgras op veld 5 hebben. Ook moet de drainage op de velden 3 en 4 beter. Daar zijn we met de gemeente over in gesprek. Daarnaast zijn we druk bezig met zonne-energie. Als je ziet hoeveel subsidie je daarvoor krijgt, is de investering voor ons als club een schijntje. Dan moeten we wel voor 18 januari een opdracht uitschrijven en uiterlijk 1 februari 2017 moeten ze op het dak liggen. En daarnaast moeten we bezig met het dak van onze accommodatie.”

Dat betekent dat de geldstroom niet stil moet komen te liggen. Van Lente is wat dat betreft niet bang dat het eventuele missen van de Topklasse veel geld gaat kosten. “Onze sponsorgroep blijft groeien. Zelfs bedrijven uit Deventer melden zich hier, ondanks de degradatie naar de Topklasse. Ik denk niet dat degradatie of promotie een grote rol speelt. Wat niet wegneemt dat ik graag terug wil naar de Topklasse.”

Dan moet er nog veel gebeuren weet Van Lente. Sportclub draait nog niet en de achterstand op Harkemase Boys is groot. Dat betekent dat het pakken van een periodetitel vermoedelijk cruciaal wordt voor een terugkeer naar de Topklasse. “Of de trainer onder druk staat? Nee, natuurlijk niet. In feite zijn we nog maar net begonnen. Maar nu we een paar maanden onderweg zijn, is het speelkwartier wat mij betreft wel afgelopen. Het moet nu gaan gebeuren.”

En dan heeft het eerste elftal een mooie toekomst voor zich, vindt Van Lente. Met een Genemuider gezicht ook. “Of we afstappen van de buitenlandersregeling als we niet promoveren? Nee, Genemuiden blijft Genemuiden. Bovendien zijn we volgens mij in de jeugdopleiding goed bezig. Ik denk echt dat we over drie of vier jaar heel veel eigen jongens in het eerste hebben.”