Al 20 jaar de nieuwssite voor Genemuiden!
29 maart 2024 t’ Olde Staduus
Agenda
Van Dijk Heftrucks (tijdelijk)

Tweede (column Wim Rietman)

Geplaatst op: 14 februari 2016

Ik word net te vaak tweede, vind ik zelf. Het is iets wat me m’n hele leven al achtervolgt. Vorige week bijvoorbeeld weer. Tweede, samen met m’n broer en zus, in het sterk bezette triviant. Ik weet het: er zijn deelnemers genoeg (zoals bijvoorbeeld de twee teams van Genemuiden Actueel) die al lang blij zijn wanneer ze überhaupt de tweede ronde halen. Maar voor mij geldt eigenlijk maar één plaats. Juist, de eerste.

Ik ben dol op spelletjes en ga graag een potje kaarten. Maar ik heb één vervelende eigenschap: ik wil altijd winnen. Mijn moeder zei vroeger al bij het “Mens-erger-je niet-en”: “Jongen, wat ben je toch een strebertje”. Het zal de aard van het beestje zijn.

Ook in de sport ga ik altijd voor de hoogste plek. En niet opgeven voor de strijd echt gestreden is. Maar als de wedstrijd is afgelopen en er is verloren, dan kan ik me daar goed bij neerleggen. Ik ken mensen die nog dagen ziek zijn van een nederlaag. Daar heb ik geen last van. Je kan er toch niets meer aan veranderen. Ook na verlies kan een biertje me best smaken.

Maar zoals gezegd zitten me de vele tweede plaatsen toch wel een beetje dwars. Natuurlijk heb ik ook overwinningen behaald. Clubkampioen tafeltennis geworden, voetbaltitels op het veld en in de zaal. Maar daartegenover staan legio tweede plaatsen. Het verliezen van een finale went niet, kan ik u melden.

Derde plaatsen daarentegen kan ik me nauwelijks herinneren. Onlangs bekeek ik het wereldkampioenschap veldrijden. De regerend kampioen – onze landgenoot Matthieu van de Poel – lag in de laatste ronde kansloos voor de titel op de derde plaats. Hij liet het brons vrijwillig lopen. Hij had geen zin in een podiumplek, wanneer dit niet het hoogste treetje was. Veel mensen zullen zo’n houding niet begrijpen. Ik wel.

In drie jaar tijd werd ik twee keer tweede bij het triviant. Ik haalde ook diverse keren de tweede prijs op bij verlotingen op het voetbalveld en bij de biljartclub. Ik deed mee aan een verhalenwedstrijd in het dialect. U raadt het al: tweede prijs.

Tweede worden is ook een mooi resultaat. Ik weet het. En ik klaag ook zeker niet. Het knaagt alleen een beetje.

En zelfs thuis met het gezin aan tafel – midden in een levendige discussie – moet ik de realiteit onder ogen zien. Ook hier speel ik de tweede viool.

Het is maar goed dat ik geen koning van Nederland ben geworden. Er had dan maar één naam bij me gepast: Willem II.

Gepubliceerd door Erik Driessen
Van Dijk Containers 500