Giethoorn in de zomer (column Erik Driessen)

Ik was een paar dagen op, laten we het zo maar noemen, fietsvakantie in de Kop van Overijssel en Drenthe. Een bijzondere kennismaking met de wereld van fietsknooppunten. De nummers vliegen je om de oren en let je even niet op, dan zit je per abuis op knooppunt 86 in plaats van 66. Net zoals anderen die ook blind varen op de knooppunten. ‘Waar zitten we hier eigenlijk’, vroeg iemand. “Bij Dwingeloo…”, wilde ik zeggen, maar de man keek me verdwaasd aan. “Bij welk fietsknooppunt bedoel ik…”

Tijdens deze inspannende fietsvakantie maakte ik ook kennis met mensen op elektrische fietsen. Heus niet allemaal senioren. Kwieke vijftigers en op het oog sportieve veertigers durven ook wel op deze monsters te gaan zitten. Toch zijn het vooral de zestigers en zeventigers die luid bellend duidelijk maken dat ze eraan komen. En vooral dat ze er voorbij willen. Meestal passeren ze je argeloos, soms zelfs met een minzaam spottend glimlachje. Zo van: wij gaan vast.

Alle avonturen vielen volledig in het niet bij het uurtje Giethoorn op de terugweg. Dat was deze zomerse dag omgetoverd tot een openlucht congres van de Verenigde Naties. Werkelijke alle soorten en maten aan mensen liepen in het waterdorp. Van gesluierde moslima tot iets te dikke mannen in korte broeken en vooral iets te korte shirts, zodat flinke delen van vervaarlijk ogende buiken er onderuit puilen.

Alle Chinezen, Italianen, Arabieren, Joden en Nederlanders willen ook nog het water op. Dat leidt tot schitterende taferelen. Honderden huurbootjes kachelen achter elkaar aan, hotsend en knotsend, botsend en rotsend. Zonder enige kennis van de regels op het water. Een ram tegen een rondvaartboot hier, een knal op een kano daar en dat dan vijftig keer per uur. Ondertussen genieten de mensen blijkbaar nog van de karakteristieke huizen en de natuur ook. Boos worden is er zelden bij. Handjes gaan omhoog. Excuses worden gemaakt. En meestal liggen de ongelukkigen in een deuk van het lachen.

Mensen uit alle windrichtingen van de wereld kunnen wel degelijk met elkaar samenleven. Zomerse dagen in vakantietijd in Giethoorn bewijzen het.