Olbatex sluit de deuren

Olbatex woondecoratie gaat per 31 maart 2017 dicht. Eigenaar Berend van Olst heeft geen overnamekandidaten kunnen vinden en moest het besluit nemen om het bedrijf op te heffen. “Kijk eens”, zegt hij, wijzend naar zijn hagelwitte haardos. “Ik word ouder. Er rest mij niks anders om te doen.” Voor het pand aan de Puttenstraat is al wel een nieuwe invulling gevonden: autobedrijf Kamp neemt daar haar intrek.

“Het doet me wel even zeer”, zegt Van Olst, die het bedrijf 42 jaar geleden zelf oprichtte. “Ik was graag nog 20 jaar doorgegaan maar ja, de leeftijd hè. Ik had hier van de week nog een klant, die het erg jammer vond. ‘Ik kom hier al 35 jaar’, zei ze. Dus ik zei: ‘aan alle lofzang komt een einde’. Mensen vergeten dat ze niet eeuwig klant kunnen blijven.”

De handelaar begrijpt wel dat hij geen zaakovernemers heeft kunnen vinden. “Het is niet makkelijk om zo’n toko over te nemen. Je moet zes dagen in de week werken. En wij werken hier nog ouderwets. Als je nu zo’n zaak zou beginnen dan heb je er eentje van 150 m². Wij hebben 1000, met voorraad en dát is onze kracht. De nieuwe zaken werken allemaal met stalen, wij kunnen het goedkoper aanbieden. Maar dat is de grootste oorzaak dat ik geen overnemer kan vinden. Ik zal nog wel van de oude stempel zijn; maar je moet erop zitten als een bok op de haverkist.”

Met de sluiting in zicht heeft Olbatex sinds eind augustus een ‘grandioze opruiming met hoge kortingen’. Toen al, want: “Ik heb hier aardig wat staan. En het zijn geen snoepjes die je zomaar opeet.”

Voor het pand is overigens al een nieuwe invulling gevonden. “Er deed zich een kans voor en de boekhouder zei tegen mij ‘je moet nu doorpakken, over een jaar moet moet je misschien gaan zoeken’. Dat heeft de doorslag gegeven. Ik ben eind maart 64, als ik gezond mag blijven, misschien kan ik het dan ook wat beter overbruggen. Ik voel me nog niet zo oud hoor, maar ik kan niet meer tegen de jongere krachten op.” Van Olst gaat het daarom rustiger aandoen. “Ik wil meer genieten, geen verplichtingen meer. Gewoon dat ik tegen m’n vrouw kan zeggen bij mooi weer ‘kom op, we pakken die fiets’.”