Al 20 jaar de nieuwssite voor Genemuiden!
24 april 2024 t’ Olde Staduus
Agenda
Van Dijk Heftrucks (tijdelijk)

Herinneringen aan de Tweede Wereldoorlog (7)

Geplaatst op: 16 februari 2017

Genemuiden Actueel publiceert wekelijks herinneringen aan de Tweede Wereldoorlog, zoals Trijn van Berkum-Booi die aan het papier heeft toevertrouwd. Ze kijkt terug op haar jeugd in Genemuiden tijdens de oorlogsjaren. Van Berkum is de zus van Hendrik Post, de bekende organist en vader van onder meer Harm Post.

Zo geleidelijk aan was alles op de bon gekomen. Iedereen kreeg voor een bepaalde periode een bonkaart. Bonnen voor brood, melk, vlees algemeen, snoep, tabak reserve, enz…

Voor andere dingen waren er toewijzigingen. Maar na verloop van tijd werden de rantsoenen steeds kleiner en de kwaliteit slechter.

We werden op alle fronten gekort tot en met, en de beste producten van ons werden met treinen vol naar Duitsland getransporteerd. Daar kwam de Nederlandse bevolking niet meer aan te pas. Hoe langer de oorlog duurde hoe moeilijker het werd.

Soms was er geen stroom en geen water. Er kwam een periode dat  ,savonds de stroomtoevoer werd stop gezet na acht uur. Dan maakte mijn moeder twee petroleumlampjes klaar om te branden. Eentje in de winkel en een in de kamer. Het lampje in de kamer had een spiegeltje opzij, dat reflecteerde, en stond meestal bovenop een stoof op de tafel. Daar zaten we dan dikwijls met zijn vijven omheen: vader, moeder, grootmoe, Hendrik en ik.

Vader las de krant of wat anders, moeder breide of stopte sokken. Grootmoe breide ook en Hendrik en ik waren dikwijls aan het knutselen, schrijven, tekenen of een spelletje aan het doen. Maar wel met de oren open voor wat er buiten gebeurde.

Als je dravende voeten hoorde dan schrok je al. En als erop de late avond op de deur werd geklopt vluchtte mijn broer naar een andere kamer waar hij in het donker weg kroop voor onraad.

Als in de vooravond het daglicht schemerde werd ik er vaak op uitgestuurd om 3 liter volle melk te halen. Ik kon om de beurt terecht bij ooms en tantes die boer waren.

Dat waren: Geerte muje, Ko muje en Willemine muje. Met een emaille emmertje waar precies 3 liter in kon, verstopt in een grote boodschappentas, ging ik over straat.  In de hoop dat ik maar geen bekende tegen zou komen. Want melk halen bij de boer was erg strafbaar! Maar het is altijd goed gegaan.

Behalve één keertje toen het geijzeld had, en ik met het volle emmertje van de dijk gekukeld ben!  Melk  weg, jas vies, gat in de kous en de nodige moppers !!

De volle melk werd door mijn moeder afgeroomd en van die room maakten Hendrik en ik boter.  Dat deden we in een oude weckfles, waar Hendrik een houten deksel met een gat op gemaakt had. Een houten stamper in het gat, en klaar was je. Aan dat werkje had ik een gruwelijke hekel.

Extra vlees kocht mijn moeder ook zwart bij de slager.  De slager woonde twee huizen van ons af, hij slachtte ‘s nachts nogal eens een koe of een varken en af en toe een schaap.

Het was iets wat niemand mocht weten, maar wat iedereen wist !

Grootmoe kwam de laatste oorlogsjaren elke avond met haar broodtrommeltje onder de arm bij ons. En spaarde zodoende warmte en licht.

Ze had de eerste wereldoorlog ook meegemaakt en vertelde vaak over ‘vroeger’.

In 1944 was ze net zo oud als ik nu, 85 jaar !

Ze noemde de Duitsers geen Moffen maar Poepen, en had het over Gurgil als ze Churchill bedoelde. Grootmoe kon er wat van !

En als mijn andere opoe dan bij haar kwam, en ze het samen over “poletiek’ hadden, dan kwam ik er vaak lachend vandaan. Ze waren namelijk allebei nogal doof, wat nog wel eens tot misverstanden leidde. Grootmoe had na de oorlog nog een grote pot suiker in de kast staan, wat toen bijna niet meer te krijgen was.

En oudoom Albert Pierik had in 1945 nog een reep taai die mijn vader nog gebakken had  voor de oorlog. Helemaal zwart maar nog wel eetbaar !

Toen de mobilisatie begon in 1939 had mijn moeder nog wel het een en ander ingeslagen.

Er werd veel gehamsterd, en wel de gekste dingen. Van een nieuwe transportfiets, tot wol, van levensmiddelen tot gebruiksartikelen.

Maar na 5 jaar oorlog was daar niet veel meer van over.

Gepubliceerd door Erik Driessen
Van Dijk Containers 500