Lagere straf na mishandeling

Dat een 28-jarige man onschuldig zou zijn aan een ernstige mishandeling rond de Biestemerk 2014, achtte het gerechtshof niet geloofwaardig. Wel kwam het hof woensdag tot een fors lagere straf voor de man uit Genemuiden.

Het gerechtshof kwam uit op een taakstraf van 180 uur en een celstraf van 60 dagen waarvan 58 dagen voorwaardelijk. Die twee dagen cel onvoorwaardelijk heeft de man destijds al op het politiebureau uitgezeten. Het hof vernietigt de eerder door de rechtbank in Zwolle opgelegde celstraf van 8 maanden waarvan de helft voorwaardelijk.

De zaak draait om een ernstige mishandeling op 21 oktober 2014. Op die nacht op de Biestemerk drongen vier mannen de woning binnen van het slachtoffer. Een van het drietal ging op zijn benen zitten terwijl drie anderen hem ernstig toetakelden. Zijn vrouw sprong bovenop het slachtoffer om hem zo te redden. De aangever dacht dat hij zonder haar ingrijpen het er niet levend van af had gemaakt. Maandenlang kon het slachtoffer niet werken. En toen hij weer aan de slag kon, zag hij B. regelmatig op de werkvloer. De twee waren namelijk collega’s. Van de vier verdachten werd alleen B. veroordeeld. Daar had hij het nog altijd moeilijk mee. Terwijl hij de raadsheren probeerde te overtuigen van zijn onschuld zaten de drie ‘lachend thuis’, zo zei hij.

B. zou slechts hebben willen bemiddelen. De rechtbank oordeelde eerder al dat dit niet blijkt uit het dossier. Het gerechtshof bevestigde dat. De verklaring van B. wordt evenmin ondersteund door getuigen. Zijn scenario is ‘niet aannemelijk’, aldus het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. B. had een wezenlijke bijdrage aan de zware mishandeling en wordt daarvoor veroordeeld. Dat B. zelf ook schopte en sloeg, is niet gebleken uit de bewijsstukken. Het gerechtshof komt uit op een lagere straf mede gelet op de ouderdom van deze zaak. Het feit vond immers vier jaar geleden plaats.