Jonge zeearend dood door vogelgriep
Geplaatst op: 25 juli 2022
Foto: Ronald Messemaker
De jonge zeearend die dit voorjaar werd geboren in het Voorsterbos is overleden aan vogelgriep. In de omgeving zijn ook ruim 100 watervogels dood aangetroffen. Verspreiding van het virus dreigt zolang de dode vogels in het water drijven, maar het opruimen van de vogels is geen sinecure, mede omdat de overheid niet thuis geeft bij de aanpak van vogelgriep.
De jonge zeearend werd door een vrijwilliger begin juli in het Voorsterbos dood aangetroffen. Via de NVWA kreeg Natuurmonumenten bovendien meldingen door van dode vogels in het Zwarte Meer die waarschijnlijk waren gestorven aan vogelgriep. Toen boswachters gingen kijken in het Zwarte Meer en bij Vogeleiland, troffen ze zo’n 30 dode knobbelzwanen drijvend in het water aan. Enkele dagen later telde een vrijwilliger er nog eens 100 in het hele Zwarte Meer. Het ging om soorten als knobbelzwaan, wilde eend, grauwe gans, kokmeeuw en krakeend. Het vermoeden is dat er nog veel meer vogels zijn gestorven, omdat in het rietmoeras vooral kleinere slachtoffers amper zijn terug te vinden.
Opruimen van dode dieren gewenst
Daan Vreugdenhil werkt als ecoloog voor Natuurmonumenten in het gebied. “We zouden de dode vogels graag opruimen, maar wij kunnen dat niet veilig doen. Het Zwarte Meer is zeer ondiep, je kunt er alleen met speciale, zeer ondiep varende boten komen. Een kano kan, maar die is voor deze klus te klein; onze medewerkers zouden dan bijna de dode vogels op schoot moeten nemen en dat is niet veilig.” Vreugdenhil wil daarom dat de overheid hierin verantwoordelijkheid neemt. “Er foerageren hier dagelijks zowat duizend zwanen, en minstens zoveel eenden, ganzen en andere watervogels. Wil je verdere verspreiding tegengaan dan is het noodzakelijk dat de dode dieren zo snel mogelijk worden opgeruimd.”
Ook op andere plekken ondervindt Natuurmonumenten problemen met het opruimen en afvoeren van dode vogels. Veiligheidsregio’s, verschillende ministeries, gemeenten en NVWA wijzen elkaar aan als verantwoordelijke, waarna natuurorganisaties met de dode vogels blijven zitten, met alle risico’s voor wilde vogels, de volksgezondheid en de landbouw. Natuurmonumenten wil daarom dat het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit verantwoordelijkheid neemt en duidelijk maakt door wie en hoe de dode vogels verantwoord opgeruimd moeten worden en waar ze afgevoerd kunnen worden. Daarnaast moet het ministerie met een plan komen hoe deze hevige uitbraken van de vogelgriep in de toekomst voorkomen kunnen worden.
Jonge zeearend slachtoffer van vogelgriep
Extra zuur is het dat een van de vogelgriepslachtoffers een jonge zeearend betrof. Vogelgriep komt vooral voor onder watervogels, maar ook roofvogels kunnen slachtoffer worden. Vreugdenhil: “Jonge zeearenden kunnen nog niet zo goed jagen en eten daarom vaker van dode dieren dan volwassen zeearenden doen. Daarbij komt dat het afweersysteem van de jongen nog niet zo goed is ontwikkeld. Het blijft gissen, maar ik vermoed dat hij eten zocht in de omgeving en heeft gegeten van een met vogelgriep besmet dood dier. Dat is hem fataal geworden. Echt zonde, hij was net een paar weken uitgevlogen.”
Eerste broedsucces zeearenden in Voorsterbos
In het Voorsterbos broedde dit jaar voor het eerst een paar zeearenden. Om deze bijzondere soort goed te kunnen monitoren werd recent hun jong geringd, en om het paar en jong voldoende rust te geven werden wandel- en fietsroutes omgelegd. Maar een vrijwilliger vond het jong begin juli dood op de grond nabij het nest. De vogel werd voor onderzoek overgedragen aan NVWA, waarna recent het vermoeden werd bevestigd dat deze vogel was gestorven aan vogelgriep.
Populatie in de lift
De Nederlandse zeearendpopulatie zit in de lift; in enkele decennia keerde de soort terug van nul naar bijna veertig broedparen in ons land. De vogel leeft lang en brengt weinig jongen groot. Elk jong dat sterft, is daardoor zonde. “In ons gebied zitten vier broedparen relatief dicht bij elkaar. Dat is uniek, en alleen maar mogelijk omdat de omgeving ideaal is voor ze: het barst hier van de vis en watervogels en daar jaagt hij graag op. Vogelgriep is daardoor niet alleen voor watervogels maar ook voor grote roofvogels een gevaar.”
Gepubliceerd door Robert Jansema