Ongeval tussen fietser en automobilist: waar ligt de aansprakelijkheid?
Geplaatst op: 2 augustus 2023

(Adv.) Bent u terecht gekomen in een ongeval tussen een fietser en een auto? Waarschijnlijk vraagt u zich dan af wie er aansprakelijk is te stellen voor het ongeval. Bij een aanrijding tussen een fietser en een auto is de automobilist meestal aansprakelijk voor de schade. Zelfs als de fietser het ongeval heeft veroorzaakt. Dit geldt alleen niet als er sprake is van overmacht voor de automobilist. In dit artikel leggen we het stap voor stap aan u uit.
50% regel ter bescherming voor fietsers
In Nederland is het zo geregeld dat fietsers extra juridische bescherming genieten tegenover automobilisten en andere bestuurders van motorvoertuigen na een ongeluk tussen beiden. Daarom heeft een fietser vrijwel altijd recht op een vergoeding van minstens 50% van de schade die ze hebben opgelopen door het ongeluk. Ook als de fietser geheel schuldig is aan het ongeval, kan het zo zijn dat de automobilist aansprakelijk is voor de schade van de fietser.
Dit lijkt onredelijk, maar deze regel is bedoeld om fietsers te beschermen in het verkeer. Auto’s zijn namelijk zoveel groter, sneller en zwaarder waardoor bij een ongeval tussen een fietser en een automobilist de fietser meestal de grootste schade lijdt. Bovendien is de bestuurder van de auto veel beter beschermd en zal hij zich niet altijd realiseren welk gevaar de fietser loopt.
Door de 50% regel wordt de automobilist gedwongen om rekening te houden met de kwetsbaarheid van de fietser.
Hoe zit het dan precies met de aansprakelijkheid?
Wat houdt de 50% regel precies in? Oftewel: wie is er aansprakelijk voor een ongeval tussen een fietser en een automobilist? We leggen het hieronder aan u uit.
Situatie 1: de automobilist is geheel aansprakelijk voor de aanrijding:
De fietser krijgt 100% van zijn schade vergoed en de automobilist moet zijn eigen schade dragen. In deze situatie heeft de fietser geen (grote) verkeersfouten gemaakt. Het ongeval tussen de fietser en auto is te wijten aan de automobilist.
Situatie 2: de automobilist en fietser zijn beide aansprakelijk voor de aanrijding:
De fietser krijgt minstens 50% van zijn schade vergoed. Dit percentage kan nog oplopen, soms zelfs tot 100%. Dit is volkomen afhankelijk van de ernst van de gemaakte verkeersfouten en het opgelopen letsel. De automobilist kan een deel van zijn schade op de fietser verhalen.
Situatie 3: de fietser is geheel aansprakelijk voor de aanrijding:
De fietser krijgt in ieder geval 50% van zijn schade vergoed. Ook in deze situatie kan dit percentage nog oplopen afhankelijk van de ernst van de gemaakte verkeersfout en het opgelopen letsel. De automobilist kan zijn volledige schade op de fietser verhalen.
Een fietser heeft dus vrijwel altijd recht op schadevergoeding na een aanrijding met een automobilist. De 50% regel geldt alleen niet wanneer er sprake is van overmacht voor de automobilist.
Uitzondering in het geval van overmacht
Wanneer er sprake is van overmacht voor de automobilist, heeft de fietser geen recht op schadevergoeding. We spreken van overmacht wanneer een automobilist zich aan de verkeersregels hield, en de fouten die de fietser maakte zeer onwaarschijnlijk waren of aan opzet grensden. In dit soort situaties had de automobilist er in het geheel niet op bedacht hoeven zijn, dat de fietser deze verkeersovertreding zou maken.
U kunt hierbij bijvoorbeeld denken aan een geheel in het zwart geklede fietser zonder licht die midden in de nacht opeens een landweggetje oversteekt waar geen verlichting is. De automobilist moet de overmacht wel zelf kunnen bewijzen. In de praktijk wordt een beroep op overmacht echter zelden aangenomen.
Uitzondering in het geval van kinderen onder de 14 jaar
Wanneer een automobilist in botsing komt met een fietser die jonger is dan 14 jaar, heeft het kind in kwestie altijd recht op een volledige vergoeding van de schade. Zelfs als de automobilist geen enkele verkeersfout heeft gemaakt.
Kinderen onder de 14 jaar zijn nog beter beschermd door de wet, omdat ze:
nog geen goede inschatting kunnen maken van verkeerssituaties
roekeloos gedrag vertonen omdat ze de gevaren niet begrijpen
onvoorspelbaar kunnen reageren en handelen op de openbare weg
Bovendien kunnen de gevolgen van een aanrijding ernstig gevolgen hebben voor een kind.
Hoe kunt u de aansprakelijkheid bewijzen?
Na een aanrijding is het belangrijk dat u:
Het schadeformulier invult of de gegevens van de tegenpartij opschrijft, inclusief de verzekeringsgegevens en het kenteken van de auto.
De gegevens van getuigen verzamelt, zodat u hen op een later moment kunt vragen om een getuigenverklaring af te leggen.
Foto’s maakt van de verkeerssituatie, uw verwondingen en schade aan uw persoonlijke eigendommen zoals uw fiets.
Direct naar het ziekenhuis gaat of uw huisarts.
Al uw schade bijhoudt in een logboek vanaf de dag van het ongeluk.
Al deze stappen zijn belangrijk bewijsmateriaal in uw letselschadezaak.
Dan is het van belang dat u de aansprakelijkheid aantoont. Ondanks dat u meestal recht heeft op schadevergoeding, is dit een complexe juridische taak. Bovendien zal de verzekeraar van de automobilist het u ook niet makkelijk maken.
U kunt het u zelf wél makkelijk maken door hiervoor de hulp in te schakelen van een ervaren jurist. De juristen van JBL&G helpen u kosteloos bij het claimen van uw schadevergoeding, omdat de buitengerechtelijke kosten ook door de tegenpartij moeten worden vergoed. U doet er goed aan om hier gebruik van te maken.
Gepubliceerd door Robert Jansema