Al 20 jaar de nieuwssite voor Genemuiden!
10 mei 2024 t’ Olde Staduus
Agenda
Van Dijk Heftrucks (tijdelijk)

Organist Arend Booi bovenal dankbaar voor gouden jubileum

Geplaatst op: 3 maart 2023

Al 50 jaar zit Arend Booi achter het Zwier van Dijk in van de Grote Kerk. Later dit jaar hoopt hij daar bij stil te staan door middel van een jubileumconcert. “Ik zal niet zeggen dat de orgelbank mijn huiskamer is. Maar ik ben al langer aan dit instrument verbonden dan aan mijn vrouw”, grapt de jubilaris.

Arend is nog maar zes jaar oud, als hij een speelgoedpianootje krijgt. “Mijn vader had gelijk al door dat er muziek in zat, maar geld voor een orgel was er in de jaren na de oorlog niet. Mijn moeder had echter een spaarpotje onder de bedstee liggen. Toen vader hoorde dat aan de Simondsstraat een traporgeltje te koop stond, hebben ze het spaarpotje omgekeerd en dat harmonium gekocht voor 45 gulden”, blikt Booi terug.

Hendrik van der Kolk, destijds de vaste organist van de Grote Kerk, gaf eind jaren ’50 de eerste orgellessen aan de toen 8-jarige Arend. Op zaterdagmiddag stond hij, zoals leeftijdsgenoten, niet langs het voetbalveld. Nee, Booi was te vinden in de Grote Kerk om orgel te spelen. Toen hij 23 jaar was volgde de benoeming tot kerkorganist: “De notabelen kwamen naar boven en gaven mij de opdracht om wat psalmen te spelen. Dat deed ik. Vervolgens kwamen ze bij ons aan de deur met de mededeling dat ik was aangenomen als vaste organist. Ik was niet thuis, maar kreeg het van mijn ouders te horen.”

Het spelen tijdens de erediensten was niet iets waar Arend jaren naar had uitgekeken. “Ik zag er echt tegenop. Ik was een stresskip”, zegt hij lachend. Toch herinnert zich hij de eerste dienst met een volle kerk nog als de dag van gisteren: “Psalm 138. De vingers bibberden d’r van. Zo’n bijzonder gevoel. Ik was immers niet gewend voor grote groepen mensen te spelen.”

Afgelopen woensdag was het 50 jaar geleden dat Booi werd aangesteld. “De kinderen hebben ons meegenomen voor een etentje bij Van der Valk. Daarnaast mocht ik, als verrassing, naar Amsterdam om te spelen op het orgel van de Westerkerk”, zegt Booi met een twinkeling in de ogen. Hij haalt zijn mobieltje uit de broekzak en toont een filmpje waarin hij de registers in Mokum opentrekt. “De kinderen hadden vorig weekend al gezegd: zorg dat je de tank van de auto maar vol hebt. Ja, het was een prachtige ervaring.”

Bijzondere herinneringen aan de afgelopen vijf decennia somt hij moeiteloos op. “De intrededienst van dominee Pieters op Bevrijdingsdag. Ik heb nog nooit zoveel mensen in de kerk gezien. En het nieuw leven inblazen van zingen met bovenstem. Daardoor zijn we als Genemuidenaren in 2013 bijgeschreven op de Unesco-lijst van immaterieel erfgoed.” Trots trekt hij de bijbehorende oorkonde uit zijn karrebies. Ook vertelt hij over de goede herinneringen aan zijn 40-jarig jubileum, toen hij een lintje kreeg opgespeld. “De coronaperiode zal ik ook nooit vergeten. In het beginstadium speelde ik tijdens een rouwdienst voor vijf mensen. Dat maakt indruk.”

Wie overigens denkt dat de Hervormde Gemeente in 1973 een stuk langzamer zong dan nu, heeft het mis. “Integendeel. We zijn juist langzamer gaan zingen in die vijftig jaar. Mede doordat de bovenstem nu populairder is. Want als je naar oude opnames luistert, blijkt dat het tempo hier hoger lag dan nu”, vertelt de jubilaris.

Van stoppen wil Arend nog niet horen. “Ik heb wel tegen mijn vrouw gezegd: als je op een zondag hoort dat het minder wordt, moet je het gelijk zeggen. Maar zolang Hij mij de gezondheid geeft, wil ik graag door blijven gaan”, zegt de jubilaris. In aanloop naar de zomer organiseert de Hervormde Gemeente een jubileumconcert. “Dankbaarheid. Dat voert de boventoon”, besluit Booi.

Gepubliceerd door Robert Jansema
Van Dijk Containers 500