Volle Bak gaat volle bak door

De band Volle Bak wordt geen eendagsvlieg. Althans niet wanneer het aan de artiesten zelf ligt. In de afgelopen stond de groep volop in de schijnwerpers met hun nummer over Mathieu van der Poel. Gitarist Jerry Hoekman:” Het succes heeft onszelf eerlijk gezegd ook wel enigszins verrast. We wisten dat we een pakkend nummer, ondersteund met een prachtige clip, afgeleverd hadden, maar dan blijft het natuurlijk afwachten hoe het opgepikt gaat worden.”

Daarover hadden de heren bepaald geen klagen. Een geslaagde clippresentatie bij IJsbaanvereniging De Eendracht werd gevolgd door massale aandacht van de diverse media. “Kranten, radio, tv, internetsites”, het kon allemaal niet op”, geniet Hoekman nog zichtbaar na. “Wanneer Mathieu de wereldtitel binnen had gehaald, waren we zelfs op het landelijke journaal gekomen. We dachten eerst dat we in de maling werden genomen, maar een bandlid werd wel degelijk door de NOS gebeld. Lachen toch?”

Het scheelde allemaal niet veel. Tot zo’n 13 kilometer voor de finish leek Van der Poel de beste papieren te hebben. Hij leek de sterkste man in de kopgroep, maar moest opeens – voor bijna iedereen onverwacht – de leiders laten gaan. Weg wereldtitel.

“Dat betekent natuurlijk niet dat het nummer de prullenmand in kan”, vervolgt Hoekman. “Mathieu is 24 jaar. Zijn beste jaren moeten nog komen. Wellicht slaat het volgend jaar wel toe op de Olympische Spelen in Tokio bij het mountainbiken. Dan staat het nummer zo weer in de schijnwerpers en gaan we daar het Holland Heineken House op de kop zetten”, zo vervolgt hij met een knipoog.

De band heeft inmiddels al weer nieuwe plannen. “Afgelopen weekend hebben we gezellig een borrel op het hele project genomen. Unaniem zijn we van mening dat deze samenstelling te leuk is om het bij een eenmalig iets te laten. Ideeën borrelen alweer, dus de mensen zijn nog niet van ons af. En dan ziet het ernaar uit dat we af en toe eens live gaan spelen. Daar worden we al veel naar gevraagd, en dat is natuurlijk iets wat we het liefste doen”, besluit Hoekman.