Veel rotzooi uit De Wieden

Beheerder Bea Claessens van Natuurmonumenten is het moe om als enige organisatie de structurele vuilnis in De Wieden op te ruimen. “We moeten dit in het kader van het Nationaal Park oppakken: samen met alle partners en ook scholen erbij betrekken”, zegt ze na de jaarlijkse opruimdag van Natuurmonumenten.

Jaarlijks in april gaan ongeveer dertig mensen De Wieden in met opruimspullen. Hoewel de opbrengst dit jaar met 7 kuub iets minder is dan andere jaren, spreekt Claessens van een structureel probleem. “Een deel van de rommel wordt veroorzaakt door bezoekers van Nationaal park Weerribben-Wieden, maar de meeste rotzooi is afkomstig van bewoners. Volgens mij omdat ze in Steenwijkerland voor het weg brengen moeten betalen. Als de gemeente dat gratis maakt levert dat minder inkomsten op, maar het bespaart ook in  kosten.”

Want buiten de jaarlijkse opruimdag om haalt Natuurmonumenten ook regelmatig gedumpte rotzooi uit de natuur. Het probleem is hardnekkig, zo blijkt ook dinsdag. Een groep schoonmakers vindt een flinke voorraad dakleer op een plek waar andere vrijwilligers die middag nog opruimden. Dat gaat in de overvolle containers bij het beheerkantoor aan de Ronduite. Daarin liggen ook restanten van een kano, onderdelen van een boot, surfplanken, voetballen, een parasolvoet, een leeg bierkrat en een heleboel pet-flesjes en ander plastic troep

Boswachter Ronald Messemaker vond ’s ochtends al twee picknicktafels. “Eerst maar even lunchen…”, grapt hij via de social media met een wrange ondertoon. Een glimlach wekt ook de flessenpost op die vrijwilligers in het water vinden. Op een vochtig briefje vertelt een Duits meisje wie ze is en dat de vinder van de brief contact met haar kan opnemen. De post is in de herfst van 2012 te water gelaten.