In t’ Hof: ‘Goed voetbal biedt meeste kans op succes’

“Dat zijn loze kreten”, antwoordt Hennie in ’t Hof op de vraag of hij met Sportclub Genemuiden in een jaar terug wil naar de Topklasse. “Het gaat om de performance en de ontwikkeling die je doormaakt. Als je goed voetbalt, heb je de meeste kans op succes”, aldus de nieuwe trainer van Sportclub in het Sportcafé van afgelopen donderdag. Maandag begint hij aan zijn klus in Genemuiden. Dan staat de eerste training alweer gepland.

Dat zal niet de eerste kennismaking zijn. Onlangs was de spelersgroep al bij elkaar en hield In ’t Hof een inleidend praatje. “Weer een trainer met weer een verhaal”, glimlacht hij over de gedachte die de oudere spelers wellicht hadden, maar het leek erop alsof iedereen een goed gevoel aan de avond overhield. “Ik liet wedstrijdbeelden zien van Borussia Dortmund tegen Barcelona. Daarin zat enorm veel strijd en passie. Op die manier wilde ik inspireren en spelers enthousiast maken. Met die beelden kun je laten zien welke kan ik op wil.”

En dat bij een club waar hij dolgraag aan de slag wilde. “Klopt, voor het eerst in mijn loopbaan heb ik zelf contact opgenomen en een sollicitatiebrief gestuurd. Ik hou van clubs met een geschiedenis en traditie. Genemuiden heeft dat natuurlijk. Van wat er afgelopen seizoen allemaal is gebeurd, weet ik niets. Daarover heb ik mijn voorganger, die ik overigens heel goed ken, ook niet gebeld. Dit soort dingen gebeurt bij elke club een keer.”

Van het publiek in De Kaaihof kreeg In ’t Hof vragen over hoe hij straks wil spelen. “5-3-2?”, klonk het enigszins cynisch. “Nee, dat in ieder geval niet. Ik ga altijd uit van de creatieve jongens op het middenveld. Dat is je hart. Van daaruit kijken we verder. Maar hoe het systeem er precies uitziet, moet in de loop van de tijd blijken. En laten we wel zijn: vaak zijn het ook kreten. Je kunt met 4-3-3 heel verdedigend spelen en met 4-2-2 heel aanvallend. Het gaat er om hoe je voetbalt.”

Of in het team van In ’t Hof veel jongeren gaan spelen, moet ook blijken. “Of ik een opbouwtrainer ben? Ik kijk wel altijd naar de jeugd. Vaak haal ik er een paar jongens bij die mee trainen, zodat ze kunnen wennen aan het niveau. En bij alle clubs waar ik werkte zijn jongens doorgebroken, maar dat is natuurlijk geen garantie”, aldus de inwoner van Schalkhaar. Daar heeft hij een eigen fysiotherapiepraktijk. Of die achtergrond mee helpt in het trainerschap, kreeg hij ook een vraag uit het publiek. “Ik weet in ieder geval iets over het menselijk lichaam, maar of dat mij een betere trainer maakt vind ik lastig te zeggen. Een ding vind ik wel: sporters kunnen veel harder en beter trainen dan ze denken.”

In ’t Hof is een man van ‘samen doen’, bleek in het Sportcafe. Dat thema kwam regelmatig terug in zijn betoog. “Mijn eerste baan in het voetbal was assistent bij Go-Ahead Eagles. Daar liep toen ex-Ajaxied Mark Verkuyl nog rond. ‘Ken jij je spelers eigenlijk wel?’, vroeg die op een gegeven moment aan mij. Dat was voor mij echt een eyeopener. Je moet je spelers en eigenlijk iedereen binnen een club kennen. Dat vind ik hartstikke belangrijk”, aldus In ’t Hof, die zich tijdens het Sportcafé in ieder geval een toegankelijk man toonde met belangstelling in andere supporters. Hij bleef nog lang napraten met de aanwezigen.